Liturgie voor de 4e zondag in de veertigdagentijd, Laetare
Zondag 29 maart 2020 om 9.30 uur in de Vennekerk
Voorganger: | Ds. Bert L. van der Woude |
Ouderling van dienst: | Boukje Haan |
Lector: | Ina Kruizinga |
Organist: | Bouko Tiggelaar |
Orgelspel
Woord van Welkom
Votum
In de Naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest.
Amen. (Allen gaan staan)
Groet
Genade zij u en vrede van God onze Vader
En van Jezus Christus, de Heer
A: AMEN.
Bemoediging
V: Onze hulp is in de Naam van de HEER,
A: DIE HEMEL EN AARDE GEMAAKT HEEFT
Gebed van toenadering
Aanvangslied: Lied 283
KYRIEGEBED met gezongen Kyrie : Lied 301h
Gebed
V: De Heer zal bij u zijn
A: DE HEER ZAL U BEWAREN
……………………………
1e Lezing: Exodus 7 : 8-25
Zingen: Lied 168
Evangelielezing: Johannes 9: 1-13, 26-39
Zingen
U komt de lof toe, U het gezang,
U alle glorie, o Vader, o Zoon, o Heilige Geest.
In alle eeuwen der eeuwen.
Overdenking
Orgelspel
Zingen: Lied 612
Dankzegging, voorbeden, stil gebed
Dankgebed, voorbeden, stil gebed, Onze Vader
Slotlied: Lied 422
Zegen
MEDEDELINGEN
In deze bijzondere omstandigheden wenst de Kerkenraad u allen een goede en gezegende dienst.
Nu we niet letterlijk samen kunnen komen doet de verbondenheid via de kerktelefoon en via www.kerkomroep.nl ons goed. We wensen u allemaal veel sterkte en goede moed.
Komende diensten
Zondag april is de morgendienst in de Vennekerk om 9.30 uur. Voorganger: Ds. Bert L. van der Woude. Dit is een regiodienst.
Extra inzamelingsactie Voedselbank
Omdat gebleken is dat als gevolg van de Coronacrisis de bevoorrading van Voedselbank ernstig achterblijft en er niet voldoende kan worden uitgedeeld, houden we een extra inzamelingsactie.
Op dit moment is er dringend behoefte aan: houdbare zuivel, boter, broodbeleg zoals jam (geen pindakaas want dat is er in ruime mate), pasta, rijst, potten groente.
Wij vragen u deze producten naar Ons Gebouw te brengen en u kunt daar iedere weekdag van 9.00 – 12.00 uur terecht.
“Hoe wordt mijn woord waar? Dat gebeurt wanneer ik me bewust wordt van wie mij tot spreken aanzet en wat mij rechtvaardigt iets te zeggen. En doordat ik erken op welke plaats ik sta en zo datgene waarover ik iets zeg hiermee in verband breng”
(Dietrich Bonhoeffer, 1906-1945)
