Het feest van de Geest die mensen verandert

Pinksteren is het feest waar de blijde boodschap van het Evangelie dicht bij mensen komt.

Daarmee wordt Pinksteren het belangrijkste van de drie grote feesten. Het biedt alleen weinig houvast voor de ogen en de fantasie. Een kijkspel kunnen we er niet van maken. Het geboortefeest van Jezus is geliefd bij schilders en het lijden van Jezus is een bron van inspiratie voor componisten zoals te horen in de grote passies van Bach of in een moderne versie zoals ‘The Passion’. Met het Kerstfeest begint God iets nieuws in deze wereld. Het is als een tweede Schepping. Een pril begin. In het lijden en de opstanding van Jezus wordt het volbracht. Maar met Pinksteren gaat het leven. Dat is de voleinding, de toepassing, de troost en de bemoediging.

 

Vrijheid

Pinksteren komt niet uit de lucht vallen. Het heeft een eigen geschiedenis, die de moeite van het naspeuren waard is. Pinksteren betekent letterlijk ‘de vijftigste dag’. Vijftig dagen na de uittocht uit Egypte ontvangt het volk Israël de Tien Woorden, die God aan Mozes op de berg Sinaï heeft gegeven. Deze uittocht of Exodus betekent een nieuw begin. Er is een beweging ingezet die mensen uit het land van de angst brengt naar het land van belofte. Geen dwang meer, maar vrijheid. Dat geldt voor toen en dat geldt voor nu.

Deze vrijheid is niet hetzelfde als doen wat je wilt. Het is een vrijheid die verantwoordelijkheid met zich meebrengt en daarom vergezeld gaat met leefregels. De kern van die leefregels is te vinden in de Tien Woorden. Zo wordt duidelijk hoe leven in vrijheid er in de praktijk uit kan zien. Op weg gaan is één ding, maar zonder leefregels strandt zo’n onderneming in willekeur.

 

Natuurgeweld

Het geschenk van de Tien Woorden vindt onder bijzondere omstandigheden plaats die voor de goede lezer terugkeren in het Pinksterfeest. Een dramatisch schouwspel wordt opgeroepen (Exodus 19): Er is een geweldige windvlaag en er is vuur. Donderslagen zijn te horen en de bliksem flitst. Zwarte rook stijgt op van de berg en de hele berg trilt op z’n grondvesten. Het komen van God wordt hier verteld als een verschrikkelijk natuurgebeuren. Indrukwekkend en angstaanjagend. Niemand van het volk Israël durft in de omgeving van de berg te komen. Het is duidelijk dat de schrijvers van dit verhaal ontzag voor God willen overdragen en daarom voor deze manier van weergeven kiezen. Voor mensen van nu is dat moeilijk. Natuurgeweld associëren met God lukt niet meer. Daarvoor vallen er teveel slachtoffers. Aardbevingen en Tsunami’s zijn niet Gods werk en dat maakt het moeilijk deze passage uit Exodus onbevangen te lezen. Zo’n reactie is niet nieuw. Het volk Israël heeft zelf gaandeweg ontdekt dat God eerder innerlijk werkt dan via uiterlijk vertoon.

 

Van buiten naar binnen

Het verhaal van Elia op de Horeb vertelt van die verandering. Niet in de wind, aardbeving of vuur toont God zich, maar in de stilte. Alles wat Elia hoort is het suizen een zachte koelte (1 Koningen 19). God spreekt niet de taal van vuur en wind maar de taal van het hart. Op het Pinksterfeest krijgt deze boodschap nieuwe kracht.

De schrijver van Handelingen sluit aan bij de oude beelden, maar gebruikt ze als metafoor. Het geluid is als van een geweldige windvlaag en het zijn tongen als van vuur. Het is geen natuurgeweld. Het gebeurt ook niet op een berg bij aardbeving en bliksem, maar in huis. De volgelingen van Jezus zijn zoals alle dagen bij elkaar en dan opeens worden ze bewogen door de Geest. Het slaat in als de bliksem. Ze raken en-thou-siast (letterlijk: in God).

 

Aangeraakt door het vuur

Mensen veranderen. Van een wat angstig bij elkaar weggekropen groepje worden ze getuigen, die moed krijgen en vertellen van de betekenis die Jezus voor hen heeft.

Mensen veranderen. Soms gebeurt dat met een schok. Dat zien we het duidelijkst bij de apostel Paulus. Ook in zijn leven is er opeens licht uit de hemel. Hij wordt als door de bliksem geveld en vanaf dat moment is Saulus niet meer, maar wordt hij Paulus.
We kennen deze bekeringservaringen van veel meer mensen.

Denk aan Franciscus van Assisi. Als hij tijdens een persoonlijke crisis ontdekt wie Jezus voor hem is, verandert zijn hele leven en de kerk knapt daar nog steeds van op.

Denk aan Ignatius van Loyola. Nadat zijn been door oorlogsgeweld is verbrijzeld, krijgt hij op zijn ziekbed tijd om na te denken en lezend in een boek over het leven van Jezus komt zijn eigen leven in een heel nieuw licht te staan. Uit deze bekering groeit de orde van Jezuïeten.

Ignatius is een tijdgenoot van Maarten Luther. Zijn verhaal volgen we al een tijdje in het Kerkjournaal. Als hij bij Stotternheim in een ernstig onweer terecht komt, belooft hij monnik te worden en zal een beweging op gang brengen die tot op de dag van vandaag voortduurt.

Denk aan de Franse wijsgeer Pascal. Alleen in zijn kamer leest hij uit de Bijbel. Hij heeft een visioen dat hem God als een werkelijkheid laat ervaren. Hij hoort Gods stem en antwoordt in een hartstochtelijk gebed. Hij wordt innerlijk gegrepen door een goddelijk vuur. Dat schrijft hij voor zichzelf op. “Vuur, God van Abraham, God van Izaäk, God van Jakob. Niet van filosofen en geleerden. Zekerheid. Zekerheid, Gevoel, Vreugde, Vrede. God van Jezus Christus.” Hij schrijft dit gebed op een stukje papier, naait het in zijn jas en draagt het de rest van zijn leven bij zich.

Mensen veranderen. Een paar namen uit de geschiedenis en we zien hoe telkens op een geheel eigen manier door het vuur van de geest aangeraakt worden.

 

Vonken

Het mooie van het Pinksterfeest is dat het niet gaat om een bedreigend, angstaanjagend vuur. Het zijn tongen als van vuur en die tongen verdelen zich zo dat er een vlammetje overblijft voor ieder van de aanwezigen. Het goddelijk vuur verteert mensen niet, maar wordt gebroken en uitgedeeld in kleine vlammetjes. Vuur en vlam brengen niemand om, maar maken leven mogelijk. Gods aanwezigheid wordt voor ons gebroken tot een menselijke maat. Zoals we Jezus kunnen herkennen in het brood dat gebroken wordt, zo herkennen we de Geest in de vonken die ons leven kunnen verlichten.

Als dat geen feest is!

Natuurlijk blijven er altijd spotters. Gelovigen hebben teveel zoete wijn gedronken heet het honend. Maar dat zal de vlam niet doven. Niet het cynisme wint maar de hoop die leven geeft.

 

Hartelijke groeten,

Bert L. van der Woude 

ds. Bert L. van der Woude

Sinds april 2000 werk ik als predikant binnen wat nu de Protestantse Gemeente Winschoten (PGW) heet. De eerste zeven jaar nog in combinatie met de gereformeerde kerk van Westerlee en nu ruim tien jaar volledig in Winschoten.