Maarten Luther, rebel der genade
Deel 34
Voor de medezusters van Katharina is het avontuur net zo spannend, maar slechts één van de ontvoerde nonnen zal uiteindelijk de vrouw van Luther worden. Daarom alle aandacht voor deze markante vrouw uit de Reformatie.
Een vijfjarige in het klooster
Katharina van Bora wordt op 29 januari 1499 geboren als vierde kind van een adellijke familie uit Lippendorf-Kieritzsch vlakbij Leipzig. Haar moeder sterft vroeg en vader Hans doet zijn dochter in de kost bij de Benedictinessen in Brehna. Ze is dan nog maar vijf jaar! Ongebruikelijk is dit echter niet want de kloosters zitten vol met dochters uit verarmde adellijke families. Voor de meisjes en vrouwen zelf is dit lot niet het ergste. De kost in de kloosters mag karig zijn en het regime streng, niettemin krijgen ze de kans om te leren lezen en schrijven. Daarnaast doen ze praktische kennis op bij het werk in de tuin en weten daardoor veel van allerlei kruiden en waar die voor dienen. Later zullen deze vaardigheden hun nut bewijzen wanneer Katharina het huishouden van het zwarte klooster in Wittenberg zal bestieren. Het leren van Latijn stelt de zusters in staat deel te nemen aan het geestelijk leven en als ze de geschriften van Luther onder ogen krijgen hebben ze rechtstreeks toegang tot zijn nieuwe inzichten.
Verhuizing
Als Katharina negen jaar of tien jaar oud is wisselt ze van klooster. De abdis van het klooster Mariatroon in Nimbschen, Margarethe van Haubitz, is een verre verwante van Katharina’s moeder. Eén van de daar wonende nonnen is bovendien een zus van haar vader. Deze geliefde tante Lehne zal het voor Katharina een stuk makkelijker maken om aan de nieuwe omgeving te wennen. Want in Nimbschen is ze niet meer in de kost, maar wordt voorbereid om toe te treden tot de geestelijk stand. Het is de bedoeling dat ze non wordt. Uit de annalen van het klooster is op te maken dat ze samen met acht andere leerlingen wordt onderwezen, die allemaal uit de omgeving komen en bij de Saksische adel horen. Luther zal later trots zijn op deze afkomst van zijn Käthe.
Bruid van Christus
Zover is het nog niet, want Katharina staat nog een lange leertijd te wachten. Als ze vijftien is bereidt ze zich voor op het noviciaat. Dat is de éénjarige opleiding voordat ze ‘bruid van Christus’ kan worden, zoals de definitieve intrede in kloostertermen heet. Hoe het haar daarbij vergaat weten we niet en evenmin of ze zeker van haar zaak is. Over eventuele twijfel is in ieder geval niets bekend en waarom zou ze twijfelen? Een ander leven dan het kloosterleven kan ze zich in die tijd nauwelijks voorstellen. Het enige alternatief is een huwelijk binnen haar eigen stand, maar als kind uit een verarmde familie is die mogelijkheid uitgesloten. En zo legt Katharina op 15 oktober 1515 de drievoudige gelofte van armoede, kuisheid en gehoorzaamheid af en is nu een echte kloosterzuster, die het witte habijt draagt van de cisterciënzer nonnen en een zwarte sluier over het nu kort geschoren haar. Ze eet slechts tweemaal per dag, vast gedurende twee dagen, zingt en bidt in de verschillende dagelijkse diensten van vroeg in de morgen tot na middernacht.
Het is de nonnen verboden om met elkaar ter spreken in de kerk, eet- en slaapzaal en hardop lachen is helemaal uit den boze. Dat zijn de regels en de nonnen houden zich daaraan. Het duurt nog bijna acht jaar voordat de grote verandering komt, waarvan de eerste tekenen zichtbaar worden in de zomer van 1522 en in de brief die ze dat najaar aan Doktor Martinus schrijft.
Ontvoering
Luther gaat in op het verzoek van de kloosterzusters, vindt Leonhard Koppe uit Torgau bereid de ontvoering op zich te nemen en ze spreken af dat deze zal plaatsvinden in de Paasnacht van 1523. Koppe zal de vrouwen eerst naar Torgau meenemen en hen vervolgens verder rijden naar Luther in Wittenberg.
Wanneer Koppe zijn gebruikelijke lading vis heeft afgeleverd in Nimbschen rijdt hij niet meteen naar huis, maar wacht met zijn wagen in de buurt van het klooster totdat het donker wordt. De vrouwen sluipen uit het klooster en verstoppen zich in zijn wagen tussen of misschien zelfs wel in de lege haringtonnen, zoals één van de kronieken vermeldt: ”namelijk in iedere ton een jonkvrouw, zodat ze gemakkelijk op hun hurken kunnen zitten.”
De vrijheid terug
Wat een rit moet dat geweest zijn. De stank van vissen in de neus en de angst in de keel!
Opgelucht ademhalen kunnen ze pas als ze het gebied van hertog Georg van Saksen verlaten en dat van keurvorst Frederik de Wijze bereiken als ze in Torgau aankomen. Daar zijn ze in veiligheid voordat ze verdergaan naar Luther in Wittenberg.
Luther reageert op de vlucht van de nonnen meteen met een pamflet en verdedigt daarin waarom deze vrouwen het recht hebben om te vluchten en hun eer niet in gevaar brengen. Ook moedigt hij andere adellijke families aan hun dochters uit de kloosters weg te halen en hun de vrijheid terug te schenken. Zijn vriend Koppe prijst hij als een goede en edele rover, die deze arme zielen uit de gevangenis van menselijke tirannie heeft gered en daarmee een waar wonder heeft verricht.
Wat nu?
De Paasnacht van zaterdag 6 op zondag 7 april 1523 brengt Katharina door in het huis van Leonard Koppe. Hier legt ze haar kloosterdracht af en kleedt zich in wat vrouwen uit de omgeving hebben meegebracht. Maar wat moet er van deze ontsnapte zuster worden?
Het ligt voor de hand dat ze naar hun families terugkeren, maar slechts drie van hen kiezen deze weg. De anderen maken geen kans om weer door hun familie te worden opgenomen. In de eerste plaats omdat ze hun dochters uit nood bij het klooster in de kost hadden gedaan en daarnaast vanwege de schande omdat ze hun gelofte hebben verbroken door zomaar uit het klooster weg te vluchten. Vanwege deze schande zullen ze niet makkelijk een man vinden die zo’n vrouw zou willen trouwen.
Huwelijksbemiddelaar Luther
Wat dus te doen met deze afvalligen? Luther weet: Dat is nu mijn probleem. Ik heb ze uit het klooster gehaald, nu moet ik mij om hen bekommeren.
En hij houdt woord. Op 10 april organiseert hij aan het keurvorstelijk hof een collecte om de vrouwen van het nodige te voorzien. Vervolgens moet hij zo snel mogelijk een passende echtgenoot voor ieder van hen vinden onder de vrijgezellen van Torgau en Wittenberg. De professor, doctor, reformator, leraar, bijbelvertaler en schrijver Maarten Luther wordt nu ook nog eens huwelijksbemiddelaar. Geen eenvoudige taak, want de “geestelijke nimfen” zoals ze spottend genoemd worden zijn niet bereid om zich aan de eerste de beste huwelijkskandidaat te verbinden. Ze stellen eisen. Eén van hen kiest ervoor om hoofd van een meisjesschool in Grimma te worden, twee anderen vinden een plek als huishoudster. De overigen vinden tenslotte een geschikte huwelijkspartner, behalve één: Katharina van Bora…
Wordt vervolgd.