Voor wie een reis naar Israël maakt is Galilea vaak een hoogtepunt. De boottocht op het meer van Galilea brengt het Evangelie dichtbij. Het is een mooi moment als de boot stil komt te liggen in het water en er tijd is voor Bijbellezing en bezinning. Vanaf de boot zijn de omliggende bergen te zien. Eén daarvan wordt aangewezen als de ‘berg der zaligsprekingen’. Op de top is een kerk gebouwd, die talloze pelgrims trekt die groepsgewijs een dienst houden of een gedeelte uit de Bergrede lezen.
Zonder iets af te doen aan wat mensen op deze plek beleven, blijft het een vraag waar de ware berg van de zaligsprekingen te vinden is. Zou het gezien de inhoud van de zaligsprekingen niet eerder om een ‘berg van de ziel’ gaan en is het hoogtepunt niet vooral in het hart van een mens te vinden? Het gaat toch om een innerlijke overtuiging die troost en moed biedt in moeilijke situaties?
Weerloos
Vanuit deze gedachte richten we onze aandacht op het volgende tweetal met elkaar corresponderende zaligsprekingen (3 en 6), die opnieuw in twee vertalingen worden weergeven:
Zalig de zachtmoedigen, want zij zullen de aarde beërven. (NBG)
Gelukkig de zachtmoedigen, want zij zullen het land bezitten. (NBV)
Ik voeg er dit keer nog een derde versie bij, die door Karel Eykman is geschreven. Deze inmiddels 82-jarige schrijver (bekend van de kinderbijbel Woord voor woord) heeft onlangs een boek over de Bergrede geschreven. Elders in dit Kerkjournaal vindt u een recensie.
Met de onderstaande zin probeert hij de kern te vatten van het woord ‘zachtmoedig’:
Geluk heb je als je machteloos bent, want dan ken je de kracht van het verzet.
Het woord machteloos of weerloos is goed gekozen, want daar gaat het om. Als we kijken naar wat voorafging dan heeft Jezus het over mensen, die kwetsbaar zijn, verdriet hebben of zoals hier weerloos zijn. Ze zijn blijkbaar in een situatie terecht gekomen die hen parten speelt en waar ze last van hebben. Pas in de corresponderende zaligspreking horen we hoe je met die situatie om kunt gaan en hoe er iets positiefs uit voort kan komen.
Vredestichters
Om de situatie goed in te schatten kan een citaat uit Psalm 37 helpen: “Zondaars trekken hun zwaard en spannen hun boog om zwakken en armen te doden, om af te slachten wie eerlijk hun weg gaan. Maar het zwaard dringt in hun eigen hart en hun bogen worden gebroken” (vers 14 en 15). Jezus citeert vers 11 van deze zelfde Psalm, waarin de zwakken het land zullen bezitten. Zij zijn degenen die niets tegenover het geweld van anderen kunnen stellen. Dat staat haaks op wat vaak gepropageerd wordt. Wapens worden nog vaak gezien als reddingsmiddel en zonder geweld gaat het blijkbaar niet.
Het oude Romeinse adagium lijkt nog steeds van kracht: ‘si vis pacem, para bellum’ (wie vrede wil moet zich op oorlog voorbereiden). Het evangelie spreekt een heel andere taal en roept juist de weerlozen op om actief aan de vrede te werken.
Zalig zijn de vredestichters, want zij zullen kinderen Gods genoemd worden. (NBG)
Gelukkig de vredestichters, want zij zullen kinderen van God genoemd worden. (NBV)
Wie een ernstig conflict bijlegt, mag van geluk spreken. (Karel Eykman)
Ghandi
Vaak wordt de Bergrede uitgelegd als beginsel voor het persoonlijke (geloofs)leven. Het was Max Weber die hier onderscheid maakte tussen beginselethiek en verantwoordelijkheidsethiek. Als persoon kun je proberen om vanuit bepaalde principes te leven maar als je als politicus of staatsman verantwoordelijkheid draagt, dan gelden andere regels. Dan moet je soms pragmatisch zijn en van je principes afzien. Hoe redelijk dit ook klinkt, het is niet de strekking van de Bergrede. Als Jezus de vredestichters gelukkig prijst beoogt hij niet alleen het privé-leven van zijn toehoorders, maar wil ook de samenleving als geheel aanspreken. Dat lijkt in onze tijd onmogelijk gezien de vanzelfsprekendheid van torenhoge defensiebudgetten, maar Mahatma Ghandi is een goed voorbeeld van hoe het zou kunnen. Hij was een weerloze politicus en staatsman en zijn verzet tegen de onderdrukking van de Britten was zonder geweld. Geïnspireerd door o.a. de Bergrede pleitte hij voor een oefening in geweldloosheid omdat die de enige vorm van leven is die geen angst kent maar slechts eerbied voor God. Ghandi ging er overigens niet bij zitten. Hij wilde een vredestichter zijn, iemand die daadwerkelijk conflicten bijlegt en niet alleen de status quo handhaaft (zoals de vredebewaarders – lees ordebewaarders – die het liefst alles bij het oude willen houden).
In het klein en in het groot
In zijn duiding van deze zesde zaligspreking blijft Karel Eykman binnen de privésfeer en vertelt hoe Anouk het aanpakt om de oorlog die tussen haar ouders is ontstaan in vrede om te zetten. Prachtig (spiegel)verhaal en als we in het klein vrede kunnen stichten, waarom dan niet in het groot? Op deze aarde is plaats voor alle kinderen van God!
Hartelijke groeten en ik wens u heil en vrede in dit nieuwe jaar!
Ds. Bert L. van der Woude
Wordt vervolgd