Opnieuw in gesprek met Paulus (Handelingen 17)
De maand oktober eindigt met de Reformatiedag. Opnieuw, maar een stuk minder dan vorig jaar komt Luther in beeld en alles wat gelovigen binnen het Christendom (zowel Protestanten als Katholieken) aan hem te danken hebben.
Wie Luther zegt, zegt Paulus, want aan deze apostel heeft Luther een groot deel van zijn inzichten te danken. In deel 19 van de Lutherbiografie die ik voor het kerkjournaal schrijf komt Luther zelf aan het woord:
“Ik klopte als een wanhopige bij Paulus aan. Ik had een brandende dorst om te weten wat Paulus bedoelde. Toen heeft God Zich over mij ontfermd! Dag en nacht was ik diep in gedachten verzonken, totdat ik eindelijk oog kreeg voor het tekstverband van de woorden: ‘Want daarin wordt de gerechtigheid die voor God geldt, geopenbaard uit geloof tot geloof, zoals geschreven staat: “De rechtvaardige zal door zijn geloof leven (Romeinen 1:17).”’
Moeilijk te begrijpen
Eerlijk gezegd heb ik zelf een heel andere ervaring. In plaats van bij Paulus aan te kloppen ben ik lange tijd met een grote boog om hem heen gelopen. Dat was niet zonder reden en had alles te maken met de reputatie die Paulus heeft opgebouwd met zijn vrouwonvriendelijke uitspraken en de aan hem toegeschreven veroordeling van homoseksualiteit. Verder konden al zijn moeilijke redeneringen mij maar matig bekoren en daarin stond ik niet alleen. Zelfs Petrus heeft daar last van als hij bekent dat in de brieven van Paulus ‘een en ander staat dat moeilijk te begrijpen is’ (2 Petrus 3 : 16). Niettemin noemt hij Paulus ‘onze geliefde broeder’ en inmiddels sluit ik mij graag bij die aanduiding aan. Zijn waardering voor vrouwen blijkt veel groter dan gedacht en ook een homohater is hij niet. Seksuele geaardheid kwam als begrip in Paulus’ gedachten niet voor. Wij weten op dat gebied meer dan hij.
Een nieuwe kijk
Overigens ben ik onder theologen niet de enige die niet zo makkelijk met Paulus uit de voeten kon. Lucas Grollenberg scheef ooit een boekje met als titel “Die moeilijke Paulus” (uitgegeven in 1977, het jaar dat ik theologie ging studeren) en niet zo lang geleden verscheen er een boek van Karen Amstrong met een zeer gevatte titel: “St. Paul, the Apostle we Love to Hate”. De Nederlandse vertaling (met een prachtig schilderij van Rembrandt op de voorkant) vertaalt dit als: “Paulus, onze liefste vijand.”(Hollands Diep Amsterdam, 2015). Paulus is dus niet alleen moeilijk, maar wekt ook wrevel. Karen Amstrong legt zich niet neer bij die indruk en maakt aan de hand van recent wetenschappelijk onderzoek opnieuw kennis met Paulus.
Voor een nieuwe kijk op Paulus is het blijkbaar hoog tijd en dat levert mooie inzichten op.
Zeventienduizend kilometer
Niet alleen theologen doen hun best om Paulus beter te begrijpen, ook historici hebben veel te melden. Fik Meijer, emeritus hoogleraar aan de universiteit van Amsterdam steekt zijn bewondering voor Paulus niet onder stoelen of banken. In zijn boek “Paulus, een leven tussen Jeruzalem en Rome” (Amsterdam 2012) volgt hij Paulus op diens reizen en laat zien welke moeite Paulus zich getroost heeft. In een tijdsbestek van vijfentwintig jaar heeft Paulus veel mensen in contact gebracht met de boodschap van Jezus Christus. Daarvoor heeft hij meer dan zeventienduizend kilometer afgelegd, te voet, op een wagen of per schip. Wie dit tot zich door laat dringen beseft hoeveel Paulus overhad voor zijn missie en hoe hij zich steeds weer moest instellen op nieuwe situaties en ontmoetingen met nieuwe mensen.
Brieven
De brieven die Paulus schreef ontstonden onderweg. Ze zijn niet de pennenvrucht van een studeerkamergeleerde, maar getuigen van een hartelijke betrokkenheid van iemand die op reis veel contacten legde en onderhield. Als hij niet in levende lijve gesprekken met mensen kon voeren dan deed hij dat per brief en praatte de ontvangers bij over belangrijke aspecten van het Evangelie. Deze uitleg of toelichting werd zeer op prijs gesteld. De mensen met wie Paulus in gesprek raakte, konden er niet een bijbel bijpakken zoals wij. Kwamen zij uit de Joodse traditie, dan waren er boekrollen voorhanden, zoals de vijf boeken van Mozes en boekrollen van belangrijke profeten zoals Jesaja. Voor niet-Joodse gelovigen was er nog niets. De vier Evangeliën moesten nog geschreven worden en alles wat Paulus op schrift stelde was daarom het enige houvast. Zijn brieven zijn overgeschreven en verspreid en later ook aangevuld. Dat is deel van de verwarring die om Paulus heen is gegroeid. Bij zorgvuldige lezing is gebleken dat maar zeven brieven echt aan Paulus toe te schrijven zijn, namelijk Romeinen, 1 en 2 Korintiërs, Galaten, Filippenzen, 1 Tessalonisenzen en Filemon.
De overig zes brieven zijn van later datum. Het zijn geen vervalsingen, maar een voortzetting onder Paulus’ naam en af en toe een aanscherping.
In gesprek
Behalve de brieven van Paulus komt veel van wat we van hem weten uit het boek Handelingen. Daarin vertelt Lucas wat Paulus meemaakt en hoe hij zich opstelt.
Bekend en op één van de Paulusramen in de Marktpleinkerk afgebeeld is Paulus’ bezoek aan Athene. Op zijn tocht door deze stad stuit hij op een altaar voor een onbekende god (Handelingen 17). Daar sluit hij bij aan om het gesprek te openen met de mensen die hij daar tegenkomt. Het is niet zijn meest succesvolle poging, maar gelukkig blijft hij volhouden. Dankzij zijn bereidheid om steeds weer in gesprek te gaan heeft het Evangelie Europa bereikt en beschikken we over een bijbel, die dankzij de inspanningen van onder andere Luther ons aanspreekt in onze eigen taal.