Samenvatting van de overdenking op zondag 20 mei 2018, Pinksterfeest aan het Oldambtmeer.
Vandaag vieren wij het feest van de Geest. Om de tegenstelling meteen duidelijk te maken: dat betekent dus niet het feest van de stof of materie. Natuurlijk heeft een mens ook stoffelijke dingen nodig om te leven; eten, drinken en kleding bijvoorbeeld. Maar er is meer.
Over dat ‘méér’ gaat het met Pinksteren. Een méér dat we niet in de hemel moeten zoeken, ver weg van de aarde, maar als een hemel die naar ons toekomt. Een méér dat mensen met elkaar verbindt en vervult met alles wat nodig is.
Zeggen en doen
Zoals bij ieder feest, horen ook bij dit feest cadeaus of geschenken. Vandaag zijn de geschenken woorden.
Woorden en daden lopen nog wel eens uiteen. Je zegt het ene en doet het andere. Dit schept verwarring. In de taal van de Bijbel is zeggen en doen één en hetzelfde. Er wordt ook maar één woord voor gebruikt. Hier zit een gedachte achter. Voor de Bijbelse mens was een woord iets heel tastbaars. Zij gingen ervanuit; als je een woord uitspreekt dan doe je het ook. Woorden komen uit je mond, als een pijl die je afschiet en in de hoop dat die doel treft. Als je een woord ‘afschiet’, gaat hij werken. Het komt bij iemand aan. En dit kan twee kanten op: een woord kan een mens verwarren, beangstigen, veroordelen of pijn doen. Maar een woord kan ook zegenen, goed doen, moed inspreken.
Op dit feest van de Geest is het mooi als je bedenkt dat een woord dat je de wereld in laat gaan iets goed kan doen voor anderen. En dat het niet bij mooie woorden (liefde, vriendelijkheid, geduld) blijft, maar dat je daar ook naar handelt. Dat woorden een geschenk worden. Dat zeggen ook doen wordt.
Taalverbinding
Achter het verhaal van Pinksteren gaat nog een verhaal schuil: dat van de toren van Babel. Dit verhaal eindigt met de spraakverwarring. Mensen konden elkaar niet meer verstaan, omdat de taal van Babel de taal was van de onderdrukking. Dat is laatst nog uit teksten op kleitabletten gebleken. Het was de taal van de dictatuur, niet de taal van vrijheid, liefde en vreugde. Niemand mocht zelf een gedachte hebben of zichzelf uiten, maar moest zeggen wat de baas wilde.
Pinksteren is het verhaal van de taalontwarring, of – nog een mooier woord – van de taalverbinding.
Taal en werkelijkheid
Taal is belangrijk. Taal beschrijft niet alleen de werkelijkheid, maar maakt ook de werkelijkheid. Als je vandaag de dag kijkt naar de woorden die mensen veel gebruiken: groei, prestatie, dividendbelasting, overnamestrategie enz… dan gaan die woorden bijna allemaal over geld en niet over verbinding.
Wij willen op zoek gaan naar woorden die gaan over zorg, over liefde, over vreugde, over mensen. Het is hoognodig dat we een nieuwe taal leren. Een taal die verbindt. Dat we het niet langer hebben over de BV Nederland, maar over een samenleving waar geen mens en geen kind tekort komt. Dat is Pinksteren. Geen spraakverwarring, maar spraakontwarring.
Dat is het feest van de Geest, dat zijn woorden als geschenk.