Dit jaar nemen we een lange aanloop naar Pinksteren met de ‘Verhalen van het begin’. Met die laatste term duid ik graag de eerste 11 hoofdstukken van Genesis aan, die in de Bijbelwetenschap ook bekend staan als de oergeschiedenis of beter als de oer– of oorsprongsverhalen.
Letterlijk
Om deze verhalen is veel te doen geweest. Ze zijn letterlijk genomen als verslag van hoe de wereld tot stand is gekomen. (Deze maand – 6 mei – is overigens Prof. Peter Barthel te gast in het inspiratiecafé in hotel Victoria. In het gesprek met hem zal het zeker gaan over de oorsprong van de aarde in natuurwetenschappelijk en gelovig opzicht).
Terug naar Genesis. Ook Adam en Eva zijn lang gezien als de eerste mensen op deze aarde, waarbij een slimme catechisant altijd weer de vraag wist te stellen waar Kaïn dan zijn vrouw vandaan haalde, die zonder verdere introductie vermeld wordt in Genesis 4.
Inmiddels is er andere visie op deze verhalen gekomen, die veel meer aan hun symbolische waarde recht doet.
Symbolisch
Nu moet mij daarbij meteen iets van het hart. Een symbolische uitleg is vaak gezien als tweede keus of tweederangs. Wie er niet in slaagt een verhaal letterlijk te ‘geloven’, kan als tweede mogelijkheid dan kiezen voor een symbolische benadering.
Dit is echter de omgekeerde wereld. De verhalen van het begin zijn nooit bedoeld om letterlijk genomen te worden. Ze zijn geschreven om orde te scheppen in de chaos van het bestaan en zin te stichten in een vaak zo zinloze wereld.
Geloofsgetuigenis
Als voorbeeld hiervan neem ik de eerste zin van de bijbel. “In het begin schiep God de hemel en de aarde.”
Welk begin en wanneer was dat begin? Kunnen we daar een tijd of zelfs een jaartal bij plaatsen? Wie zo vraagt miskent het doel van deze zin, die niet een beschrijving beoogt, maar een geloofsgetuigenis geeft. Een kleine verandering in formulering kan dat laten zien: “In beginsel schiep God de hemel en de aarde”. Een beginsel of principe zegt iets over de schrijver zelf en iedereen die het hem nazegt.
Is de wereld louter toeval en ben ik zelf een onbeduidend mensje óf geloof ik dat er een God is, die mij ziet en kent en liefheeft en de zin van mijn bestaan uitmaakt?
Aangesproken
Als ik zeg dat ik geloof in God als Schepper, dan zeg ik niets over hoe de wereld is ontstaan, maar wel iets over hoe ik zelf in die wereld sta. Het hoogte principe (beginsel) is voor mij God en de wijze waarop deze God zichtbaar wordt is in de (naasten)liefde.
U ziet, de manier waarop we de verhalen lezen steekt nauw. Letterlijk lezen is de makkelijkste weg want dan komen we niet zelf in het geding. Symbolisch lezen brengt deze verhalen echter dichterbij. Ze gaan over u en mij en we kunnen ons niet langer neutraal en afzijdig opstellen. Wat daar opgetekend staat wil ons aanspreken. “Waar ben je, o mens?” of “Waar is je broeder?”. “Hoe licht de regenboog op in je eigen bestaan?”. Deze vragen maken het voor mij ook zo spannend om over deze verhalen te preken. Eenvoudig is het niet, maar steeds licht er weer iets op wat mij en hopelijk ook u nieuw zicht geeft op leven en geloven.
Pinksteren
Straks vieren we met elkaar het Pinksterfeest, dat mij zeer lief is. Het heeft niet de sfeer van Kerst of de jubelende toon van Pasen. Met Pinksteren vieren we de ‘uitstorting’ van de Heilige Geest. In het boek Handelingen zien we dat bange mensen opeens buiten hun eigen angst durven te treden en enthousiast (letterlijk: in God) worden en ieder in diens eigen taal kunnen aanspreken. Ook hier moeten we afstand nemen van het letterlijke. Ik weet hoe moeilijk het is om een andere taal goed te leren spreken. Dat kost jaren rijtjes stampen en oefening. Pinksteren toont ons niet een verkorte weg, zodat we zonder inspanning zomaar een andere taal zouden spreken. Wat hier getoond wordt is een visioen, een verlangen.
Zoals de toren van Babel het beeld is voor hoe mensen elkaar in de taal en verstaanbaarheid kwijtraken, zo is Pinksteren het verlangen naar de omkering daarvan. Dat mensen elkaars taal weer opnieuw leren spreken en verstaan. Een taal met een eigen grammatica en een eigen woordenschat. Het bijzondere daarvan worden uit de doeken gedaan op het Feest van de Geest op zondag 20 mei in de Rietkraag. Het thema is dan:
“Woorden als Geschenk”
Meedoen
In het boek Handelingen wordt de uitstorting van de Geest weliswaar spectaculair in beeld gebracht, maar is alles anders dan een spektakel. Het is het geloof dat we weer woorden zullen vinden om ons eerlijk en authentiek aan anderen mee te delen en tegelijk de ander te verstaan als die zich meedeelt. Het is een droom van wereldwijde humaniteit, met de Geest van God, die mensen met liefde aan elkaar weet te verbinden. Naïef? Onmogelijk? Onbegonnen werk? Ook toen al riep men dat de discipelen te veel zoete wijn hadden gedronken. Wij kunnen beter weten, maar weten is niet genoeg. De Geest vraagt ons om mee te doen en een nieuwe taal te leren en te spreken. Een heilige taal, een taal die niet verwijdert, maar verbindt!
Hartelijke groeten en een enthousiast Pinksteren toegewenst!