“Toen ik je groet hoorde sprong het kind van vreugde op in mijn schoot.” (Lucas 1: 44)
De Bijbel kent een eigen wijze van uitdrukken als het gaat om principiële zaken. Dat wat belangrijk is komt letterlijk aan het begin. Dat brengt Lucas er toe Elisabet en Maria in beeld te brengen met allebei een kind in hun schoot. Naast de betekenis die deze ontmoeting tussen deze twee vrouwen op zichzelf heeft, gaat het om hun kinderen. Dat wil zeggen, het gaat om de volwassen Jezus en Johannes en om de kern, het wezen van hun poging antwoord te gegeven op de vraag naar hoe je mens kunt zijn. Daarbij is het van belang dat beide mannen elkaar ontmoeten binnen de sfeer die door de beide moeders wordt getekend. Wie bij de aandacht die naar hun kinderen uitgaat de moeders niet meer ziet, mist een wezenlijk onderdeel van waar Johannes en Jezus voor staan en wat hen samenbrengt.
Om het verschil tussen de wereld van Johannes en die van Jezus te kunnen verstaan, is het goed om te kijken naar wat we van hen beiden weten, van hun boodschap en benadering, kortom van hun antwoord op de vraag hoe het leven van mensen veranderen kan. Want met elkaar delen zij de overtuiging dat het leven van mensen radicaal moet veranderen.
De boodschap van Johannes
Johannes lijkt op een profeet uit het Oude Testament. Hij heeft zich teruggetrokken uit de wereld van alledag, uit de wereld van genot en luxe. In de woestijn leidt hij een leven van soberheid en inkeer. Uiterlijk heeft hij veel weg van Elia en ook diens moed lijkt hem eigen te zijn. Elia, die zelfs de koning durft te verwijten dat hij tekortschiet in de zorg voor mensen voor wie hij verantwoordelijk is, in het bijzonder voor wees en weduwe. Net als Elia draagt Johannes een kameelharen mantel. Een indrukwekkende verschijning. Een echte boeteprediker die geen blad voor de mond neemt. Iemand die oude profetieën van Elia en Jesaja doet herleven. Voor wie het ziet en wil is er een mogelijkheid tot inkeer. Johannes heeft het met zijn oproep verder gebracht dan alle profeten vóór hem. “Niemand die uit een vrouw geboren is, was groter dan hij”, zal Jezus later zeggen.
Veel mensen komen bij Johannes en laten zich dopen. Ze verlangen naar een nieuw leven en Johannes moet dat heel tastbaar hebben geschilderd. Al zijn aanwijzingen zijn praktisch en uitvoerbaar. “Wat moeten we doen?” vragen mensen hem. Johannes antwoordt kort en krachtig: “Wie twee stel kleren heeft, dele mee aan wie geen heeft.” Hoezeer heeft hij daarmee gelijk, zelfs voor vandaag! De wereld zou ter plekke anders worden als iedereen doet wat Johannes aanbeveelt. Tweeduizend jaar na Johannes kan men deze man aan de Jordaan alleen maar gelijk geven.
Met dit in gedachten kijken we opnieuw naar de ontmoeting tussen Johannes en Jezus binnen de sfeer die hun beide moeders bij hun begroeting scheppen. Wat maakt Jezus zo bijzonder dat Johannes in de moederschoot van vreugde opspringt?
De boodschap van Jezus
Zonder ook maar iets af te doen aan de radicaliteit van de boodschap van Johannes, laat wat Jezus doet en zegt een heel andere wereld zien. Anders dan Johannes dreigt Jezus niet. Hij ziet zichzelf vooral als een arts die zieken geneest of als een herder die zoekt wie verloren is. Hierin verschilt Jezus wezenlijk van Johannes. Johannes zet goed en kwaad in een nieuw licht. Waar het op aan komt, is bij hem duidelijk te onderscheiden en dat geldt ook voor de mensen tot wie hij zich richt. Je doet de waarheid of je doet de waarheid niet. Johannes gelooft dat mensen, ondanks alles wat ze meegemaakt hebben, op eigen kracht toch nog in staat zullen zijn tot het goede. Bij hem kun je het verloren zijn door een goede daad opheffen. Jezus kijkt verder en dieper. Als geen ander beseft hij hoe mensen er werkelijk aan toe zijn. Het ligt niet aan de goede wil, de oorzaak gaat dieper. Johannes gelooft dat de omkeer van de mens tot vergeving leidt. Bij Jezus is het precies andersom. Het is de vergeving, het aangesproken en aanvaard zijn, die de basis vormt voor omkeer. Met vergeving, met de ervaring dat je als mens gerechtvaardigd bent er te zijn, los van wat je doet, begint alles. Johannes schroeft de eisen alleen maar op. Rechtvaardige eisen, dat wel, maar uiteindelijk moet iedereen daarbij zijn eigen tekort inzien en zich schuldig voelen. De doop van Johannes, die verbonden was met de dreiging, wordt nu de doop van Jezus, waarbij een stem uit de hemel klinkt die spreekt van liefde en aanvaarding. Bij Johannes vroegen de mensen: “Wat moeten we doen?” Door Jezus wordt die vraag: “Wie mogen we zijn?” En het antwoord daarop is even eenvoudig als verstrekkend: “Kinderen van God.” Ergens heeft Johannes dit altijd al geweten. Dat wil Lucas ons in de ontmoeting tussen Maria en Elisabeth laten zien. Niemand die ter wereld komt draagt de liefde al in zich. Liefde komt van buiten, liefde ontvang je. Dat is het begin en de voorwaarde om zelf liefde te leren en die aan anderen te bewijzen.
Vreugde van de moeders
Wanneer niet de moeders aan het begin staan met hun vreugde wordt het niets met de komst van Gods rijk op aarde. Terwijl bij de volwassen Johannes de dreiging en hardheid overheersen en twijfel hem overvalt als hij hoort hoe anders de weg is die Jezus gaat, springt het kind Johannes op van vreugde in de moederschoot.
Ik wens u en jullie een goede adventstijd en vreugdevolle Kerstdagen,
Ds. Bert L. van der Woude
P.S. Bovenstaand kunstwerk is een schilderij uit 1528 van Jacopo Pontormo. Videokunstenaar Bill Viola nam dit werk als uitgangspunt voor zijn videoinstallatie ‘The Greeting’ uit 1995. Klik hier voor deze moderne interpretatie van de ontmoeting tussen Maria en Elisabet.