Waar verdriet en vreugde elkaar kussen

Samenvatting van de overdenking op zondag 13 augustus 2017

Naar de lezing van Lucas 16: 1-9

‘Het evangelie kan niet zonder humor gepredikt worden.’ In de lezing van vandaag lijkt het wel alsof Jezus met zijn gelijkenis deze uitspraak van Maarten Luther in vervulling laat gaan.

Zijn toehoorders moeten zich wel op de knieën hebben geslagen van het lachen bij het horen van dit verhaal. Wat een schelmenstreek! Iemand die het bezit van zijn heer verkwist heeft, doet er, in plaats van berouw te tonen, nog een schepje bovenop en wordt er aan het eind van het verhaal ook nog voor geprezen dat hij zo slim gehandeld heeft.

 

Echte humor

Uitleggers hebben zich eeuwenlang het hoofd gepijnigd over de betekenis van dit verhaal. Vooral de oproep om vrienden te maken met behulp van de mammon (geld) is moeilijk te begrijpen. Vriendschap is toch niet te koop? Jezus zet alles op de kop en het is blijkbaar nog evangelie ook!

Humor is echter niet alleen maar krom staan van het lachen. Okke Jager zei ooit: ‘Echte humor vindt je daar waar verdriet en vreugde elkaar een kus geven’. Dit moet ook wel zo zijn in deze gelijkenis. Het verhaal is niet alleen maar grappig. Het lijkt te gaan om een schelmenstreek, maar er is meer aan de hand. Jezus vertelt over een renmeester die het bezit van zijn rijke heer heeft verkwist. Misschien heeft Jezus dat ook van zichzelf gedacht. In elk geval wierpen mensen hem dat verwijt voor de voeten.

 

Jezus als rentmeester?

Het rijkste bezit van het Joodse volk zijn de leefregels die God gegeven heeft. Psalm 119, een lofzang op de leefregels, bezingt ze als ‘kostbaarder dan goud en zoeter dan honing’. Dit aller kostbaarste geeft Jezus zomaar weg. Hij breekt liever een regel dan het hart van een mens. Doordat anderen hem verwijten dat hij het bezit van zijn heer verkwist, staat Jezus zelf met de rug tegen de muur. Wat kan hij nog doen, wat kan hij nog zeggen om uit te leggen dat barmhartigheid beoefenen, genade te laten gelden, belangrijker is dan het volgen van de regels?

Daarom vertelt hij het verhaal van de rentmeester die in staat van beschuldiging is gesteld. De rentmeester roept zijn eigen schuldeisers bij zich en scheldt hen een deel van hun schuld kwijt, 50% bij de ene en 20 % bij de ander. Het is louter bedrog, maar ze komen er beide mee weg. Hoe moeten we dit verstaan? Een Engelse econoom heeft bedacht dat het gaat om het kwijtschelden van de rente. Een van de leefregels was dat Joden elkaar geen rente mochten berekenen. Olie is kostbaarder dan graan en wordt daarom zwaarder (tot 50%) belast. Ook Jezus streept de rente weg die mensen aan de rand van de ondergang brengt. Hoe sympathiek deze gedachte ook is, het is niet de pointe van Jezus’ verhaal.

De mensen rondom Jezus moeten hebben begrepen hoe de rentmeester zich heeft gevoeld, de man die zich zo bij zijn meester in de schulden heeft gewerkt dat hij geen kant meer op kan. Het gevoel dat je bestaan je bij de handen afbreekt en je dit niet op eigen kracht weer goed kan maken. Als mensen voor God hun leven zouden bezien, kunnen ze in alle eerlijkheid niet zeggen dat ze alles er goed vanaf hebben gebracht. Hoeveel momenten zijn er niet dat je de moed niet meer kan opbrengen om te doen wat je moet doen?

 

Waar verdriet en vreugde elkaar een kus geven

Jezus vertelt het verhaal niet om mensen dieper in de put te praten. Integendeel: het verhaal heeft wel degelijk een vrolijke kant. Maar ook een werkelijke, diepe en soms verdrietige kant. Soms is de lach bevrijdend, maar niet als daar niets onder zit. Jezus weet wat er in de mensen omgaat. Hij wil ze een hart onder de riem steken, wat ze ook gedaan hebben, waar ze ook wegen zijn gegaan die ze niet wilden gaan.

De balans van ons leven ondertekenen wij met de handtekening ons karakter. Maar het lukt ons niet altijd om te zijn wie we zouden willen zijn. De enige manier om het met elkaar te redden is door barmhartigheid voor recht te laten gaan. Jezus preekt niet een moraal voor een maatschappij die alles in de war schopt. Hij houdt mensen voor: kijk eerlijk naar jezelf en kijk dan naar elkaar. Als je weet hoe je zelf in elkaar steekt, is het ook makkelijker barmhartig te zijn voor anderen. Zelfs als iedereen daar schande van spreekt, luister in alle eerlijkheid naar wat je hart je ingeeft.

Straks worden we aan tafel genodigd, een tafel waar alles gereed is en niemand wordt geweerd. We hebben er zelf niets aan bij hoeven dragen, het wordt ons gegeven. Dat te herinneren en van daaruit te leven. Dan valt er iets te lachen, dan breekt het evangelie baan.

ds. Bert L. van der Woude

Sinds april 2000 werk ik als predikant binnen wat nu de Protestantse Gemeente Winschoten (PGW) heet. De eerste zeven jaar nog in combinatie met de gereformeerde kerk van Westerlee en nu ruim tien jaar volledig in Winschoten.

Plaats een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *